Ze verzorgde tante. Hield haar hand vast bij de dokter, hielp haar toen ze moest verhuizen, hoorde tante en al haar weeklachten aan. Ze vond tante moeilijk en werd soms verdrietig van tante maar ze bleef haar bezoeken.

Tante werd ouder en brozer en kort geleden sloot tante voor altijd haar ogen. Tante wilde in stilte gaan, geen gedoe, geen mensen die ineens afscheid van haar wilden nemen terwijl die bij leven niets van zich lieten horen of zien. En zo ging tante, alleen maar niet in eenzaamheid. Ze sloot de kist van tante en legde een bloemetje neer.

Dag tante...

Er stroomde tranen en ze voelde zich onrustig terwijl ze juist hoopte op rust..

En toen vloog er een vlinder.
Een grote vlinder met stippen, zomaar in huis. De vlinder landde op haar hoofd, fladderde via haar nek naar haar borst, waar de vlinder een tijdje bleef zitten.

Ze liep naar buiten en zei: "Ga mooie vlinder, vlieg." En de vlinder fladderde weg.

Ze keek de vlinder na.
Een vredig gevoel omarmde haar als een warme deken. 
Dag vlinder, dag tante, fijn dat je nog even voorbij kwam, ik voel nu dat het goed is.
Dag tante...

                    "𝓓𝓪𝓰 𝓙𝓪𝓬𝓴𝔂, 𝓭𝓪𝓷𝓴𝓳𝓮𝔀𝓮𝓵 🦋"